2.2. Acties bepalen

De volgende stap in het uitwerken van een strategie is een eerste lijst opmaken van mogelijke acties om de CO2-emissies terug te dringen. Om de meest relevante acties te bepalen is het raadzaam om interactieve workshops te organiseren met intern personeel en externe stakeholders om:

  • De expertise tussen werknemers en deskundigen uit te wisselen
  • Prioriteiten te stellen en een lijst met de challenges op te stellen
  • De actiehefbomen te bepalen en te beoordelen
  • De engagementen te formaliseren en het actieplan voor te bereiden.

Hoe meer de mensen bij het brainstormingsproces worden betrokken, hoe meer ze de strategie zullen aanhangen en zich op lange termijn zullen inzetten. In het Ticket to Kyoto-project berustte de verzameling van ideeën en het stellen van de prioriteiten vooral op interne raadplegingen in de bedrijven en op de uitwisseling van best practices tussen de vijf partners.

Strategische aanpak

Gezien de context van het bedrijf moeten mogelijke CO2-reductiemaatregelen worden bepaald en onderzocht om na te gaan of en wanneer ze kunnen worden geïmplementeerd en in hoeverre ze kunnen bijdragen tot de vermindering van de energie en CO2-emissies.

In een eerste stap adviseren de T2K-partners om het energieverbruik te verminderen en de energie-efficiëntie te verbeteren en pas dan investeringen te overwegen in “hernieuwbare energie”-technologieën. Het is beter om minder energie te verbruiken dan hernieuwbare energie te produceren om de emissies van een hoger energieverbruik te compenseren.

Dit zijn de prioriteiten:

  1. Het energieverbruik verminderen (minder)
  2. De efficiency van de bestaande systemen verbeteren (beter)
  3. Investeren in nieuwe technologieën en hernieuwbare energieën (schoner).

Afb. 23 – Strategie voor vermindering van het energieverbruik. Bron: Vereniging Negawatt, MIVB, 2011

 

De eerste twee prioriteiten kunnen worden verwezenlijkt door energiebesparende maatregelen te implementeren zonder dat er grote investeringen nodig zijn. De energie die kan worden bespaard is een rechtstreeks resultaat van energiebehoud of verhoogde efficiency1. Voor openbaarvervoermaatschappijen zal het verminderen van hun energieverbruik vaak sneller voordeel opleveren dan het uitwerken van energiebesparende strategieën die een rechtstreekse impact hebben op hun energiefactuur met minder kapitaalkosten.

In deze zin definieerde het T2K-partnership het begrip “Quick Win”. Een Quick Win bestaat uit het implementeren van kortetermijnacties die kunnen leiden tot aanzienlijke financiële en milieuvoordelen door de bestaande voordelen te optimaliseren en door meer verantwoord gedrag aan te moedigen onder personeelsleden en toeleveringsbedrijven.

T2K’s definitie van een Quick Win:

  • Leidt tot energievermindering
  • Biedt een korte terugverdientijd
  • Heeft een korte implementatieperiode (minder dan een jaar)
  • Biedt voelbare energiebesparingen die kunnen worden gemeten of geraamd
  • Kan worden herhaald in een andere vergelijkbare context.

Over een periode van vier jaar hebben de T2K-partners informatie over best practices uitgewisseld en bewezen dat energieverbruik op afdoende wijze en aanzienlijk kan worden verminderd zonder dat er grote investeringen voor nodig zijn.

Deze verbeteringen zullen echter niet volstaan om de in de CO2-strategie beoogde reductiedoelstelling te verwezenlijken. Investeringen in de vervoersystemen zijn de corebusiness van een openbaarvervoermaatschappij. Het vernieuwen of opknappen van de vloot (spoor en weg), nieuwe infrastructuren, renovatie van stations, remises en werkplaatsen zal een rechtstreekse impact hebben op de energie-efficiëntie. In een tweede stap moet het bedrijf de investeringen in nieuwe energiebesparende systemen met hogere kapitaalkosten maar vaak groter energiereductiepotentieel op lange termijn kwantificeren. Investeren in productiesystemen voor hernieuwbare energie komt op de laatste plaats.

De volgende hoofdstukken van deze publicatie reiken de lezer tal van ideeën aan voor mogelijke energiebesparing en CO2-reductieacties die in een openbaarver- voermaatschappij kunnen worden geïmplementeerd.

Afkomstig van de ervaring van de T2K-partners worden ze in twee hoofdafdelingen voorgesteld en zullen ze van pas komen bij het uitwerken van een allesomvattende CO2-reductiestrategie.

Verbeteren en investeren

  • Energie-efficiëntie in gebouwen en infrastructuur
  • Energie-efficiëntie in voertuigen
  • Energieproductiesystemen
  • Building ecodesign.

Beïnvloeden en communiceren

  • Personeelsbewustzijn
  • Stakeholdersengagement
  • Betrokkenheid civil society.
 

Kenschetsing van de acties

Zodra de relevante acties zijn bepaald moeten ze worden gekenschetst om ze gemakkelijker te kunnen vergelijken en te prioriteren. Het is belangrijk dat de impact van elke actie op het bedrijf wordt beoordeeld. Voor deze kenschetsing zijn deskundigen nodig die per actie aan elke van de geselecteerde criteria een gewicht of waarde toekennen. De criteria moeten op zijn minst de gevolgen voor de energie en CO2-emissies beoordelen. Andere criteria kunnen vrij worden gekozen afhankelijk van het beleid of de prioriteiten van het bedrijf. In dit stadium is prioriteitstelling noodzakelijk maar niet bedoeld om de mogelijke acties grondig te analyseren.

Hierna een niet-limitatieve lijst van criteria:

  • Kapitaalkosten
  • Werkingskosten
  • Energiebesparingen
  • CO2-emissiereductie
  • Implementatiegemak (technologie)
  • Betrokkenheid personeel
  • Impact op corporate image

1  Deze twee strategieën verwijzen naar het begrip negawatt©, een theoretische vermogeneenheid voor bespaarde energie (www.negawatt.org).